NOS (N-Z ongelofelijk sociaal) langs de lijn
Weet je wat opvalt in Nieuw-Zeeland als je langs de kant van het voetbalveld staat? Ouders schreeuwen niet en klappen óók voor de mooie acties en doelpunten van de tegenstanders.
Natuurlijk zal je hier ook uitzonderingen hebben, net zoals overal waar mensen leven. Maar er hangt hier gewoon een sfeer dat je aardig bent voor elkaar en al helemaal voor kinderen. Ik ben al jaren trainer/coach in de teams waar onze kinderen spelen. Ik moet zeggen dat ook de ouders in Nederland als positieve toeschouwers kwamen aanmoedigen en niet als coach/scheidsrechter. Ik kan er ook slecht tegen als er niet eerlijk gevlagd of gefloten wordt, maar het verleden heeft uitgewezen dat beslissingen nooit teruggedraaid worden. Er hoeft ook niet zoveel te gebeuren om mensen flink over de zeik te krijgen.
Een paar seizoenen geleden moest het team van mijn dochter aan het eind van het seizoen een inhaalwedstrijd spelen, dit was op een woensdag. Het was een heerlijk zonnige avond, heerlijk voetbal weer. Het bezoekende team kon deze avond kampioen worden en de bloemen lagen al klaar in de kofferbak. Laten we maar in het midden dat ze ook speelsters uit een hoger elftal hadden meegenomen, dit is namelijk geen uitzondering. Maar zoals het wel vaker gaat als je moet winnen, hangt er iets in de lucht waardoor het niet gebeurt. De meiden van ons team speelden een fantastische wedstrijd en begonnen steeds meer te voelen dat de bloemen in de kofferbak bleven.
Het was bijna rust en er gebeurde een botsing rond de middenlijn. Het was niemand zijn schuld dus de scheids gaf een stuiterbal. Onze aanvoerster zei tegen de tegenstander ‘wacht maar, ik geef de bal terug aan jullie’. Zo gezegd, zo gedaan. Ze schiet de bal geplaatst terug naar de keepster. Maar deze keepster stond rond de zestien (meter) en de bal stuitert twee meter voor haar op de grond. Door de stuiter gaat de bal iets te hoog en net over haar vingers heen. De bal rolt langzaam naar het doel, maar ze was net niet snel genoeg om hem in te halen. Iedereen doet de hand voor de mond.
Ik zag later foto’s van deze wedstrijd en daar stond ook een foto van de scheidrechter op, precies op dit moment. Je zag hem op de foto denken: dit heb ik nog nooit meegemaakt. De coach van de tegenpartij reageerde heel goed en zei tegen zijn team ‘koppies op, er is niets aan de hand’. Zijn assistent-coach (een vader met een grote mond) werd boos op mij en zei dat ik het doelpunt moest afkeuren. Ik zei dat ik geen scheidsrechter ben en dat wij ook regelmatig doelpunten tegen krijgen door ongelukjes of inschattingsfoutjes.
De ouders van de bezoekers hebben de rest van de wedstrijd vervelend gedaan en alleen maar lopen zeiken. Het werd later nog wel 1-1, maar hoe ze ook hun best deden, de winnende goal ging er dankzij hard werken, de lat, de paal en onze keepster niet meer in.
De coach van de tegenpartij, die in eerste instantie keurig reageerde, had het voorbeeld van de schreeuwende ouder(s) overgenomen en wilde mij na de wedstrijd geen hand geven. Ik heb zijn hand uit zijn broekzak getrokken, hem een hand gegeven en gezegd (geschreeuwd) hoe het mogelijk was dat hij eerst prima reageerde en zichzelf nu voor lul zet en een lekker voorbeeld voor de meiden uit zijn team is.
Later kun je hier erg om lachen. Er zijn geen klappen gevallen zoals dit wel eens is gebeurd. Maar we moeten niet vergeten dat de meiden (en andere sporters) dit onderling moeten verwerken. Laatst was ik scheidsrechter bij een meidentoernooi en het komt er op neer dat je ze gewoon lekker kunt laten spelen. Duels mogen er zijn en bij ingooien pakken ze automatisch en eerlijk de bal. Het is maar een paar keer per helft dat ze gestuurd moeten worden en dat geldt voor beide partijen. Het maakt niet uit in welk land je woont, zonder tegenstander geen wedstrijd.
Je moet altijd uitstralen dat je positief bent en dat tegenslag erbij hoort. Dan word je vanzelf kampioen (of plaatst je land zich weer voor het WK).
Over Gerben
Voor ons is Nieuw-Zeeland het land waar we heen zijn geëmigreerd, puur op intuïtie! Sommige mensen verklaarden ons voor gek, omdat we hier nog nooit waren geweest. Het is natuurlijk niet makkelijk om voor langere tijd in Nieuw-Zeeland te verblijven, want je hebt een visum nodig.
Gelukkig heb ik een technische opleiding en werkervaring die ik hier ook kan gebruiken. Ik moest een job-offer hebben om in aanmerking voor een visum te komen. Ik ben gewoon in de zomervakantie (2016) gegaan, zodat ik mijn baan niet op hoefde te zeggen. Gelukkig wist mijn werkgever wel van onze plannen af en hebben mij ook geholpen met een werkgeversverklaring. Met een Nieuw-Zeelandse werkgever heb ik in Nederland al een skype-gesprek gehad en we hadden daar allebei een goed gevoel bij. Dit gevoel werd in ons persoonlijk gesprek bevestigd en ik heb gelijk een vast contract gekregen, waardoor wij een werkvisum voor drie jaar hebben gekregen. Als ik hier een jaar werk dan komen we in aanmerking voor een permanent visum. Mijn vrouw en kinderen liften mee op mijn visum en hebben een eigen visum voor de zelfde periode.
In september 2016 zijn we met de hele familie naar Papamoa Beach vertrokken. De lente moest toen nog beginnen en inmiddels is het hier hartje zomer. We hebben nu eindelijk het gevoel dat het jaar lekker lang heeft geduurd en genieten dagelijks van de zon, zee, strand en de mooie natuur.