Egmont National Park is een van de meest toegankelijke nationale parken van Nieuw-Zeeland. In het midden ligt de majestueuze en vrijwel symmetrische vulkaan Mount Taranaki, met daarnaast de kleinere vulkanen Kaitake en Pouakai. Mount Taranaki is 2.518 meter hoog en sinds 1775 niet meer te porren geweest voor een uitbarsting.
Vulkanenlegende
De vulkaan is heilig voor de Maori en heeft een mooie legende. Ooit behoorde Taranaki tot de Tongariro-vulkanengroep. Toen Tongariro hem betrapte met de mooie Pihanga, een vulkaan bij Lake Taupo, die toen het liefje van Tongariro was, moest Taranaki het veld ruimen.
Tongariro was zo boos dat hij de top van Taranaki afblies en de laatste richting de westkust verhuisde. De verslagen Taranaki was zo verbitterd dat hij zichzelf stak en daarmee een groot litteken veroorzaakte: de Wanganui River.
Regenachtig klimaat
Dit nationale park is een van de natste gebieden van het land. Hier valt jaarlijks meer dan zevenduizend millimeter dankzij de stuwregens die vanuit de Tasmanzee aan komen drijven. Er wordt gezegd dat wanneer je Mount Taranaki kunt zien dat het gaat regenen, en wanneer je hem niet kunt zien dat het al regent.
Neem dus een regenjas mee als je Egmont National Park bezoekt.
Weelderige vegetatie
Doorgaans zijn de winters stormachtig en kennen de zomers lange periodes met mooi weer, al kunnen de weersomstandigheden snel omslaan. Dankzij deze combinatie van natte en droge perioden vind je in het park een weelderige vegetatie in de lagere delen met mossen, varens en inheemse bomen als de rimu, rata en kamahi.
Hier leven veel soorten vogels als de inheemse duif, de ijsvogel en het witkopje. In de hoger gelegen gedeeltes kun je bijvoorbeeld de kiwi en de bell bird zien.
Wandelen en klimmen
Vooral in de zomer is Egmont National Park een geweldig mooi park om te wandelen. Je kunt je beentjes strekken op meer dan driehonderd kilometer aan wandelpaden die variëren van korte eenvoudige tracks tot zware klimtochten naar de top van Mount Taranaki.
Toch zijn de routes naar deze vulkaan niet alleen voor de zeer ervaren en getrainde wandelfanaten en (goed) te doen voor wandelaars met minder ervaring.
Mount Taranaki
Mount Taranaki is dan ook de meest bewandelde berg van Nieuw-Zeeland. Neem in ieder geval altijd een goede kaart mee, laat je van tevoren op de hoogte brengen van de weersomstandigheden en laat je gegevens achter bij een DOC Office (Department of Conservation) zodat men weet waar je bent. Een aanrader onder de wandeltochten is de Around-the-Mountain Circuit, die drie tot vijf dagen duurt. Je krijgt zo het meeste van het schitterende park te zien, waaronder de Dawson Falls.
Twee routes
Wanneer je naar de top van Mount Taranaki wilt, zijn er twee opties. Een route vertrekt vanuit het North Egmont Visitor Centre. Deze is vrij goed te doen voor minder ervaren klimmers, omdat aan de noordkant van de berg het ijs eerder is gesmolten. Deze tocht duurt heen en weer zo'n zes tot acht uur. Een moeilijkere klim naar de top begint bij het Dawson Falls Visitor Centre. Hier wordt meer techniek van je gevraagd omdat het ijs er langer ligt.
Tijdens meerdaagse wandelroutes kun je overnachten in hutten die op loopafstand van elkaar liggen. Wanneer je zo'n tocht gaat maken, zorg dan wel van tevoren voor een hut ticket zodat je zeker van een slaapplaats bent.
Bereikbaarheid
Egmont National Park ligt in het westen van Noordereiland en is via drie toegangswegen te bereiken. Voor het noordelijke gedeelte rijd je via Highway 3 naar Egmont Village en neem je de Egmont Road naar het park. In het oostelijke gedeelte kom je via Stratford (Highway 3) en dan neem je de Pembroke Road tot het Stratford Mountain House.
Het Dawson Falls Display Centre bereik je via Highway 3. Rijd tot Eltham en neem dan de Eltham Road naar Kaponga. Daar gaat de steile en onverharde Manania Road naar het Display Centre.