Nieuw-Zeeland is onderdeel van de wereldwijde economie en de exportindustrie concurreert scherp op de wereldmarkt. Zo is het land een van de grootste exporteurs van lams- en schapenvlees en een van de grootste zuivel- en wolexporterende landen. Hoewel maar 10% van de beroepsbevolking in de agrarische sector werkt, zorgt deze sector voor maar liefst 50% van alle exportinkomsten.
Economische veranderingen
De laatste dertig jaar heeft de economie van Nieuw-Zeeland nogal wat veranderingen ondergaan. Meer dan honderd jaar had het land een wederzijdse handelsovereenkomst met Groot-Brittannië en was Nieuw-Zeeland erg afhankelijk van de Britse markt. Toen Groot-Brittannië in de jaren zeventig zich aansloot bij de Europese Gemeenschap ging dit land steeds meer handelen met de Europese landen. Nieuw-Zeeland zag zich hierdoor genoodzaakt nieuwe handelspartners te zoeken en het assortiment van exportproducten uit te breiden.
Tegenwoordig is de Nieuw-Zeelandse economie een meer geïndustrialiseerde vrijemarkteconomie die kan concurreren met de rest van de wereld. Naast vlees, zuivel en wol handelt Nieuw-Zeeland ook veel in verschillende vruchten - waaronder de kiwi - hout, vis, aluminium en machineonderdelen. De belangrijkste handelspartners zijn Australië, de Verenigde Staten, Japan, China, Zuid-Korea, Groot-Brittannië en Duitsland.
Zware industrie
Nieuw-Zeeland heeft een bescheiden zware industrie, maar deze is wel aan het groeien. Zo staat er op het Zuidereiland de grootste aluminiumsmelterij van het Zuidelijk Halfrond. Er zijn verder geen grote voorraden delfstoffen en moeten deze dus worden geïmporteerd. Wel kan Nieuw-Zeeland in zijn eigen energiebehoeften voorzien dankzij de aanwezigheid waterkracht- en geothermische centrales.
Omdat er veel rivieren zijn is er veel waterkracht die zorgt voor driekwart van de energievoorziening. Zonne- en windenergie worden steeds belangrijker. Verder worden er in de Tasmanzee grote hoeveelheden aardgas en -olie gewonnen.
Bijna 70% van het Bruto Nationaal Product is afkomstig van dienstverlenende sector, waaronder onder andere transport, communicatie en computertechnologieën vallen. Het toerisme wordt steeds belangrijker onderdeel van de Nieuw-Zeelandse economie. Nieuw-Zeeland krijgt elk jaar steeds meer bezoekers en het toerisme groeit er drie keer zo hard als in de rest van de wereld. In 2004 ontving het land meer dan twee miljoen reizigers.
Ecotoerisme
Bijzonder is dat Nieuw-Zeeland zich sterk inzet voor het ecotoerisme. Zo worden er maatregelen genomen om ervoor te zorgen dat het toerisme zich op een verantwoorde manier ontwikkelt. In 1991 werd daartoe de Resource Management Act aangenomen: een wet die iedereen in Nieuw-Zeeland verplicht zorgvuldig om te gaan met het milieu evenals met het culturele en historische erfgoed van het land. Nieuw-Zeeland loopt met deze wet mondiaal voorop wat betreft beleid ten aanzien van toerisme en natuurbeheer.