Heliumballonnen maken internet toegankelijk
Google stuurt grote heliumballonnen de ruimte in om internet wereldwijd toegankelijker te maken. Het bedrijf heeft dit eerst met dertig ballonnen getest in South Island, Nieuw-Zeeland. Het doel is om internetverbinding te maken in de meest arme en afgelegen gebieden, maar ook regio’s die gevoelig zijn voor natuurrampen.
De test wordt ‘Project Loon’ genoemd dat refereert aan het woord ‘balloon’. Het is ontwikkeld door het Google X-laboratorium. Ditzelfde laboratorium is ook met de uitvinding ‘Google Glass’ gekomen. Het project is niet alleen bedoeld om mensen naar diensten van Google te leiden. Het gaat er vooral om grote internetproblemen op te lossen. Ruim tweederde van de wereldbevolking heeft nog geen toegang tot internet en daar wil het bedrijf graag iets aan doen.
De heliumballonnen worden in een ring om de aarde geblazen en zenden signalen uit naar de aarde, zodat het mogelijk wordt om overal te internetten. De bedoeling is om met stratosferische winden, bepaalde luchtstromen in de dampkring, de ballonnen op twintig kilometer hoogte te houden. Dit is twee keer hoger dan vliegtuigen en wolken zich bevinden.